Box 3: status

Hoge Raad: geen rechtsherstel Box 3 voor te late bezwaarmakers

Is er geen bezwaar tegen de Box 3-heffing in uw aanslagen inkomstenbelasting 2017, 2018, 2019 en/of 2020 aangetekend? Dan biedt de wet geen mogelijkheden op rechtsherstel in Box 3, aldus de Hoge Raad.

Rechtsherstel Box 3

Eind 2021 oordeelde de Hoge Raad dat de huidige belastingheffing over vermogen in Box 3 in strijd is met het Eerste Protocol bij het EVRM als het werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement. De Hoge Raad stelde dat het voordeel uit sparen en beleggen moest worden bepaald op het werkelijk behaalde rendement.

Geen of te laat bezwaar

Voor iedereen die niet (tijdig) bezwaar maakte, was nog geen beslissing genomen over het al dan niet bieden van rechtsherstel. De Hoge Raad geeft aan dat de wet geen mogelijkheid biedt om alsnog bezwaar te maken: een verzoek om ambtshalve vermindering mag door de Belastingdienst worden afgewezen.

Besluit minister van Financiën

Dit zou anders zijn geweest als de minister van Financiën gebruik zou maken van de wettelijke mogelijkheid een uitzondering te maken. Dat heeft hij nog niet gedaan. In de Voorjaarsnota die in mei openbaar werd, staat nog wel vermeld dat als besloten wordt om alsnog ambtshalve vermindering te verlenen, daar nog budgettaire dekking voor gevonden moet worden. Op basis van het oordeel van de Tweede Kamer wordt daarom wellicht nog anders besloten.

Rechtsherstel nog niet vaststaande aanslagen

Vanaf medio september 2022 wordt daarnaast herstel geboden aan de aanslagen over 2017 tot en met 2020 die op 24 december 2021, de datum van het arrest van de Hoge Raad, nog niet onherroepelijk vaststonden. Vanaf medio oktober volgt dan het rechtsherstel voor de aangiften 2017 tot en met 2020 waarbij nog geen aanslag was opgelegd.

Afhandeling aangifte 2021

Mensen met Box 3-inkomen die dit jaar op tijd aangifte hebben gedaan over 2021 en belasting moeten betalen, ontvangen deze aanslag niet voor 1 juli van dit jaar. De Belastingdienst houdt de aangiftes met Box 3 apart en legt deze aanslagen vanaf augustus 2022 gefaseerd op.

Op dat moment is waarschijnlijk ook een nieuwe versie van de online aangifte 2021 beschikbaar. Indien gewenst, bijvoorbeeld in verband met een nieuwe partnerverdeling, kan de aangifte 2021 dan opnieuw ingediend worden.

Wie voor 1 mei 2022 aangifte heeft gedaan en een teruggave verwacht, krijgt in eerste instantie wel een voorlopige aanslag die gebaseerd is op de oude systematiek. Bedraagt de Box 3-heffing op basis van de nieuwe berekening minder, dan herstelt de Belastingdienst dit automatisch bij het opleggen van de definitieve aanslag. U hoeft hiervoor dus geen actie te ondernemen.

Hoe wordt de mogelijke teruggave berekend?

Er is een nieuwe methodiek opgesteld om de belastingheffing op het vermogen te bepalen voor de jaren 2017 tot en met 2020. In deze zogenaamde spaarvariant wordt de heffing in Box 3 berekend via de werkelijke verdeling van het vermogen tussen spaargeld en beleggingen. Hierover wordt een forfaitair rendement berekend. Voor het spaargeld wordt uitgegaan van een forfaitair rendement op basis van de actuele spaarrente (van 0,25% in 2017 tot 0,01% in 2021), die bijna nul is. Bij het vaststellen van het forfaitair rendement van beleggingen wordt uitgegaan van het meerjarige gemiddelde rendement op beleggingen (van 5,39% in 2017 tot 5,69% in 2021). Voor schulden wordt aangesloten bij de hypotheekrente (van 3,43% in 2017 tot 2,46% in 2021). Deze methode wijkt af van de beslissing van de Hoge Raad. Hier kan dus weer bezwaar tegen worden aangetekend.

Let op!

Het kabinet wil deze uitgangspunten ook toepassen voor de heffing in Box 3 over de jaren 2023 en 2024. Hiertoe zal met Prinsjesdag 2022 een wetsvoorstel worden ingediend. Het is de bedoeling dat vanaf 2025 de Box 3-heffing dan plaatsvindt op basis van het werkelijke rendement.

Rechtsherstel Box 3 vóór 4 augustus via ‘spaarvariant’

Van de beperkte groep van 60.000 belastingplichtigen die tijdig bezwaar hebben gemaakt tegen de belastingheffing in Box 3 over de jaren 2017 tot en met 2020, volgt vóór 4 augustus van dit jaar rechtsherstel. Het herstel wordt geboden via de zogenaamde spaarvariant. Vooral voor mensen met spaargeld betekent dit dat ze een teruggave kunnen verwachten. Dit heeft het kabinet bekendgemaakt.